Wil je graag andere persvoetjes uitproberen?
16/4/2021

Wanneer u uw machine gekocht heeft, zitten er automatisch standaardvoetjes bij. Zoals bijvoorbeeld: de gewone zigzagvoet, ritsvoet, de overlockvoet,… enzovoort. Maar wat als je nu echt kleding wil vermaken, dan zijn er nog optionele voetjes die je kan gebruiken, om een nog mooier resultaat te creëren.

Hieronder geven we wat extra uitleg over 9 handige voetjes die je op bijna elke naaimachine kan gebruiken:

    1.   Blinde ritsvoet

De traditionele ritsvoet, die wél automatisch bij de machine zit, wordt hoofdzakelijk gebruikt in naden van rokken, pantalons én halsopeningen van bijvoorbeeld truitjes en japonnen. De ritsen zijn dicht aan de onderkant en worden van boven naar beneden open geritst.

De blinde rits daarentegen is er makkelijk in te zetten en houdt de polyester ritstandjes weg, zodat de rits exact op de naadlijn van het project gestikt kan worden. Eenmaal dat die dichtgeritst is, is alleen de druppelvormige ritstrekker nog zichtbaar. De ritsen worden gemeten aan de hand van de lengte van de ritstandjes tussen de bovenste en de onderste ritsstoppers. Het is bijna onmogelijk om zonder ritsvoet een rits netjes en onopvallend in te zetten waarbij heel dicht tegen de ritstandjes gestikt wordt.

De blinde rits wordt zo genoemd omdat het vastgestikt wordt op de naadlijnen en dus volledig onzichtbaar is, als de rits gesloten is. Het lijkt alsof de naad gesloten is en het enige deel van de rits wat zichtbaar is, is de ritstrekker. Dit maakt een perfecte sluiting voor kleding waarbij een ononderbroken lijn gewenst is. Tip: de naad wordt pas gesloten nadat de rits ingezet is.

Hoe moet je je machine dan juist instellen?
1. Bevestig de blinde ritsvoet.
2. Selecteer de rechte steek met de naaldpositie in het midden.
3. Maak je steeklengte langer.

Blinde ritsvoetjes Brother – Bernina – Pfaff

    1.  Gladde transportvoet en rolvoet:

Deze voeten worden ook wel eens teflonvoetjes genoemd. Deze zijn allebei voor het naaien van zeer speciale stoffen, zoals vinyl, leder en suede. M.a.w. voor moeilijke transporteerbare stoffen. Door de speciale laag teflon, aan het voetje onderaan, heb je een beter transport doordat het beter glijdt. De rolvoet heeft dan weer speciale wieltjes om de stof beter te doen rollen, bijvoorbeeld als je een klittenband moet naaien. Het naait gemakkelijk en vlot over moeilijk te verwerken stoffen en verbetert tevens de steekkwaliteit. Je stikt moeiteloos stroeve stoffen doordat de plastic voet zo glad is, blijft hij minder hangen.

    1.  De Pipingvoet of Paspelvoet:

Je gebruikt paspels voornamelijk om randen en naden te accentueren. Paspels zijn een traditionele versiering gemaakt door stof rond een koord te wikkelen en in te zetten, bijvoorbeeld in een naad of om langs een rand te stikken. Standaard paspels hebben een diameter van ongeveer 0,5 – 1 cm. Je kan ook mini of jumbo paspels maken, voor elk project is er wel een paspel te vinden.

Om paspels te stikken, heeft het naaivoetje een groef in de zool of een transparante zool of open aan één kant. Daarmee kan je de naald heel dicht langs het koord stikken wat resulteert in een koord met de stof strak erom heen gewikkeld en vastgestikt. Let op: een ritsvoet bijvoorbeeld kan ook gebruikt worden, omdat ook hier heel dicht tegen het koord gestikt kan worden; echter, deze voet viedt niet de controle en de precisie van een echte paspelvoet.

Hoe moet je je machine dan juist instellen?
1. Bevestig het paspelvoetje.
2. Selecteer een rechte steek en een aangepaste naaldpositie (hangt af van het voetje). Hieronder kan je een voorbeeld bekijken:

Demonstratie paspelvoet

    1.  Parelvoet:

Hiermee kan je parels, pailletten en strassteentjes bevestigen aan de stof.

Hoe moet je je machine dan juist instellen?
1. Bevestig het parelvoetje.
2. Selecteer de gestikte zigzag steek.
3. Pas de bovenspanning aan naar bijvoorbeeld: 3,4 en maak ook de steekbreedte breder: 6mm.

Demonstratie parelvoet

    1.  Rimpelvoet:

Met deze voet rimpel je 2 lagen stof. De stof die vanonder ligt wordt gerimpeld en de stof bovenaan blijft plat. Zodanig dat je vlug kan fronsen.

Hoe moet je je machine dan juist instellen?
1. Bevestig het rimpelvoetje.
2. Selecteer een rechte steek met de naaldpositie in het midden.
3. Verhoog de bovendraadspanning naar bijvoorbeeld: 8 en pas de steeklengte ook naar boven aan.
4. Voor minder rimpels kan je de voetdruk verlagen, maar je kan ook nog de onderdraad, de draad van de spoel aantrekken om zo wat meer rimpels te krijgen.

Demonstratie Rimpelvoet

    1.  Boventransportvoet:

Een zeer interessant en daarbovenop ook nog het meest gebruikte voetje, is de boventransportvoet. Deze dient voor moeilijk transporteerbare stoffen. Normaal gaat de onderste stof sneller dan de bovenste stof. Met deze voet worden de 2 lagen stof gelijktijdig getransporteerd. Ook interessant voor streepjes en ruitjes. Wordt ook zeer veel gebruikt bij een dubbel naald en quilten.

Demonstratie boventransportvoet

    1.  Rolzoomvoet:

Met de rolzoomvoet maak je hele fijne zoompjes aan fijne stoffen in 1 beweging. Er zijn 2 verschillende rolzoomvoeten, de ene kan je gebruiken voor een rechte steek en de andere voor een zigzag steek.

Hoe moet je je machine dan juist instellen?
1. Bevestig het rolzoomvoetje.
2. Selecteer een rechte steek met de naaldpositie in het midden.
3. Knip de hoek van de stof af en plaats de stof met de verkeerde kant omhoog, onder de naaivoet.
4. Naai een paar steekjes, zet dan de naald en de persvoet omhoog.
5. Hou de draad vast en rol de stof in het gebogen deel van het voetje.

Demonstratie rolzoomvoet

    1. Verstelbare biasbandvoet:

Je hebt hier de mogelijkheid om in 1 handeling biasband te bevestigen aan de stof. Dit kan ook gebruikt worden voor alle breedtes. Het is een zeer eenvoudige manier om stofranden af te werken en een glad en verzorgd uiterlijk te geven.
Tip: Je krijgt een extra decoratief effect wanneer je een zigzag steek of een siersteek gebruikt.

Hoe moet je je machine dan juist instellen?
1. Sluit het voetje aan op de machine.
2. Knip het begin van het biaisband in een puntje af.
3. Schuif het band in de opening van de geleider en trek het er aan de achterkant uit, gebruik eventueel een speld om het band door de voet te leiden.
4. Stel de geleider en/of de naaldpositie zo in dat de naald op ongeveer 1 tot 1,5 mm van het ingeslagen biaisband insteekt.
5. Naai ongeveer 25 mm langs het biaisband.
6. De stofkant moet tussen het band gelegd worden in de sleuf van de geleider. De onafgewerkte stofkant wordt zo automatisch met het band afgewerkt.

  1.  Watteerlineaal of verstelbare geleider:

Voor het meten van de exacte afstand tussen 2 punten. Zeer gemakkelijk om recht te stikken op een bepaalde afstand. Het gebruik ervan is heel gemakkelijk, schuif het staafje in de opening achteraan de persvoet of de boventransportvoet (voorzien van een opening), zoals je kan zien op de foto hieronder. De afstand tot de naald kan worden aangepast door de geleider van links naar rechts te schuiven.

Veel plezier ermee!

Team Van Rooy Lier

Geef een reactie